Categorieën:

Helemaal zeker ben ik nog niet van mijn plannen voor de winter. In een tent wonen ja, maar wanneer precies weet ik nog niet, en: hoelang kan ik op dezelfde plek blijven? Het liefst blijf ik dichtbij huis zodat de normale gang van zaken door kan gaan. Aan de andere kant gaat het leven in de natuur ook tijd en toewijding vragen en daarmee moet ik mijn agenda minimaal inrichten. Bovendien spelen andere vraagstukken een rol: wat wil ik met mijn smartphone? Waar laat ik mijn laptop? Houd ik mijn auto of geef ik die door? Welke spullen gaan mee? Hoe richt ik de tent in?

De tent had ik een dag na aankoop al opgezet in de tuin. Ik had er zoveel zin in! Het is een klein tipitentje van 3,20 meter doorsnee van het merk ProTipi. Een echtpaar heeft hun model van een tipitent geperfectioneerd en vervolgens besloten honderd tipi’s in verschillende maten op de markt te brengen. Zelf genaaid, de kachels zelf gesmeed, en veelvuldig uitgeprobeerd. De tipi heeft een middenpaal waar het doek rondom op leunt, en het leuke is dat je in de winter die paal vervangt door de kachelpijp en er een klein – brievenbusformaatje – kacheltje aan kunt hangen. Dat geldt althans voor mijn tipi, de grotere hebben natuurlijk flinke kachels.

Mijn kleine tipitent
Ik heb mijn tent op Marktplaats gevonden. Ik zocht naar katoenen tenten, omdat ik had gelezen dat dat een beter idee is in de winter. Katoen versus polyester heeft voor- en nadelen. Op een katoenen tent zet zich geen condens af omdat het ademt. Er is dus geen condens om te bevriezen en het vocht kan makkelijker uit je tent. Daarnaast vind ik katoen gezelliger ogen om permanent in te verblijven. En toen kwam opeens deze minitipi op mijn pad en reed ik impulsief met mijn moeder naar Friesland om hem te bekijken en meteen mee te nemen!

En twee dagen later zette ik hem dus op. De vloer bedekte ik met dikke dekens (polyester), daar bovenop mijn slaapmatje, daarbovenop mijn nieuw gevilte schapenvacht. Ik was zo op dreef dat ik meteen doorzichtige kistjes heb gepakt en heb geprobeerd alle spullen daarin kwijt te kunnen. Ik had natuurlijk meteen zin om te pakken, maar inmiddels is daardoor mijn huis een chaos omdat ik die spullen ook weer nodig had. Dus niks ligt nu waar het moet liggen. Maar die plastic bakken zijn fijn want ze beschermen tegen vocht, zijn stapelbaar, en je kunt zien wat erin zit! Ik heb een kistje voor:

  • boeken (stuk of 5 natuurboeken plus ruimte voor biebboeken)
  • knutselspullen (schilderetui, dagboek, naaisetje, kralendoosje, etc)
  • gerei (kachelhandschoenen, hamer, theedoek, boodschappentasje, aanstekers, ducktape, zakmes, etc)
  • niet-verse voeding (bouillon, koffie en thee, roggebrood, rozijnen, dat soort dingen)
  • klein kistje voor sokken en ondergoed

Kookgerei mag nat worden en kan buiten staan, dat scheelt weer ruimte. Dus een afwasteiltje met pannetje, bord, beker enzo komt hier nog bovenop. Kleding – waar ik later op terug kom – gaat denk ik in een compressiezak. Losse boodschappen die muisbestendig zijn kunnen gewoon in een tas in de voortent. Er moet ook nog hout komen, dus ik neem ook een mandje mee voor kleine houtjes, alleen dat past in de brievenbuskachel, haha. En dan nog ergens een toilettas. En dan is mijn tent ook meteen bommetjevol. Er past niemand bij, ik pas er zelf al nauwelijks in, en het moet ook nog een beetje gezellig blijven. Drie nachtjes heb ik er doorgebracht en dat was fijn maar nog wel intens. Een plat bed in een vol tentje is toch minder ontspannen dan een groot bed in een grote ruimte. Maar dat went misschien.

Toen het EINDELIJK weer ging regenen moest ik van mezelf opnieuw de tent uitproberen (hij stond na 2 weken nog steeds) en je raad het al: natte voeten! Het grondzeil is niet waterdicht, maar bovendien lijkt het grondzeil helemaal niet goed in de tent te zitten, er is veel te veel grondzeil over. En zo zijn er nog meer dingen die ik niet snap aan de tent, maar gelukkig willen de originele makers van de tent wel een keer een kop koffie met mij drinken om de how to’s door te spreken! Daar heb ik heel veel zin in, en ik hoop dan wat meer zelfvertrouwen over de tent te ontwikkelen. Ondertussen stinken de polyester dekens naar vocht en ligt de tent te drogen in mijn kleine stacaravanwoonkamertje. Die moet ik maar eens in gaan pakken als ik inspiratie heb verzameld over hoe dat moet.

Kleding
Dan is er nog een ding dat me lekker gezond bezighoudt. Kleding. Terwijl een tent van katoen juist aan te raden is, is kleding van katoen dat niet. Katoen houdt namelijk vocht vast. Overal waar ik tips lees zegt men: draag.geen.katoen. Ook geen katoenen hemdje onder je thermokleding. Geen katoenen t-shirt. Geen spijkerbroek. Katoen wordt vochtig en vocht = kou. Dit vind ik echt een inzichtelijke tip! Ik heb al wollen thermo-ondergoed aangeschaft, ik heb veel wollen truien dankzij de veelvuldige kledingdump van mijn zus, ik heb een chille fleecetrui van Utrechts Landschap en ik denk dat een simpel Hemaregenjasje wel voldoet om overal overheen te plempen als het regent. In het boek De Hertenman leeft de schrijver zeven jaar in het wild en hij tipt dat wol het beste is om óók bij regen te dragen. Wol heeft een sterk isolerend vermogen en houdt, mits strakgebreid, water tegen. Hij had meerdere lagen over elkaar aan en kneep gewoon de buitenste uit na een regenbui. Goeie tip, alleen ga ik denk ik toch voor fleece over wol en dat regenjackie. En verder minimaal, gewoon elke dag dezelfde kleren aan en een extra trui en droge sokken mee.

Maar ik pieker me rot over mijn benen! Ik heb altijd koude benen, maar wat doe ik áán? Ik begin met een thermolegging van wol, maar een spijkerbroek voldoet niet (katoen), mijn wandelbroeken voldoen nauwelijks (dun en niet winddicht) en verder heb ik een fleecebroek als optie maar dat lijkt me ook niet echt top. Ik heb geen zin om dure outdoorbroeken aan te schaffen, maar mijn moeder had het geniale plan een oude skibroek van zolder vandaan te toveren. Ik zie dat meer als een noodoplossing voor extreme kou, want als ik gewoon ga werken in de bieb kan ik moeilijk met een skibroek binnenkomen (en die de hele dag aanhouden). Dus ik zoek nog naar een middenweg en overweeg ook iets van een wollen rok: rokken houden je benen altijd zo lekker warm! Ze zijn daarentegen ook weer wat minder praktisch, blijven haken in struiken, je staat erop als je plast, als je de handstand doet zakt hij over je hoofd, etc. Belangrijke zaken.

Ontspullen
En waar ik nog wel het meest naar verlang is het weinige bezit dat ik straks heb. Oké, ik verlang het meest naar continu buiten zijn, maar op plaats twee staat eenvoud. Het probleem is alleen dat ik nu nog heel veel spullen heb en dus al die dingen die ik niet meer wil (en kies maar eens uit wat wél mag blijven) ergens kwijt moet. Waar laat ik alles? Ik kan altijd zooi kwijt bij mijn ouders en ik kan ook wat in de stacaravan laten staan, maar ik wil ook graag weinig bezitten. Dus zoals ik al zei is mijn huis nu een teringzooi met: doorzichtige bakken met halve inhoud; een tipitent in de woonkamer op de grond; twee bulten kleding waar iets mee moet; een boekenkast waar de helft uit is en de rest door elkaar/ op elkaar/ omgevallen ligt; de afwas; en nog een paar dooie muizen van Puk.

Maar straks bezit ik nog die ene kast met kleding en spullen, en die paar kistjes.. Ben ik de hele dag in het bos.. Hoor ik de vogels, ga ik de wolken beter snappen, eet ik uit de natuur.. Maak ik iedere dag vuur, slaap ik iedere dag op een schapenvachtje.. Voel ik elke ochtend die frisse wind op mijn gezicht en weet ik dat ik leef..

Ik ben benieuwd hoe het allemaal uiteindelijk gaat lopen. Eerst in oktober nog de Dutch Mountain Trail lopen! Stay tuned 🙂

Liefs,
Simone

Ontvang een mailtje van me bij een nieuwe blog! 🍂🍃

Voeg je bij 185 andere abonnees

Plaats een reactie