Dat het zo’n verschil maakt of het volle maan of nieuwe maan is had ik wel verwacht, maar niet dat het zo’n impact zou hebben op mijn gemoedstoestand. Het is echt donker in het bos, er hangen duistere wolken laag over het heideveld waar ik doorheen fiets op weg naar de tent. Het regent continu: een soort lichte mist waar je niet zeiknat van wordt maar die de ruimte tussen de bomen wel opvult met een lichte waas. Het is stil in het bos, het lijkt wel of dieren zich ook terugtrekken.
Sommige dingen gaan moeizamer nu. Ik voel me gewoon minder energiek. Alle prikkels lijken harder binnen te komen en alle afspraken in mijn agenda voelen overweldigend. Ik leef altijd wel bewust met mijn menstruatiecyclus, maar ik ovuleer nu dus zou juist wat meer hyperheid verwachten. Integendeel, ik verlang ernaar op iemand te leunen, gedragen te worden, even alles los te laten. En daarmee verlang ik ook gedag te zeggen tegen alle vastigheid die ik heb. Vrijwilligerswerk, Krav Maga, het voelt allemaal benauwend. Net zoals dat lage duistere wolkendek dat over het bos hangt. Misschien de donkere maan, misschien gewoon nog de winter die steeds langer aanhoudt. Misschien het grauwe weer.

Het tentleven blijft gelukkig wel nog steeds passend. Soms ben ik lamlendig en denk ik, bah, al die moeite. Was ik maar in een normaal huis. Dan stel ik me een normaal huis voor, de vier muren, de kosten, de lampen, de luxe, en denk ik: nee!!! De tent is waar ik thuishoor, maar soms is het even veel werk. Toch lig ik met dit natte weer wel veel warmer in mijn bed, het is ’s nachts minstens 8 graden. Heerlijk warm word ik dan in de ochtend wakker en rits ik de tent open. Ik voel de lichte regendrupjes op mijn gezicht terwijl ik verder warm en droog lig.
Hoor ik thuis in de prehistorie?
Ik heb soms de neiging verklaringen te zoeken voor mijn behoefte dichtbij de natuur te leven. Soms denk ik: zo hoort het, zo deden ze het vroeger. Maar op heel veel vlakken wil ik dingen die ze vroeger echt niet deden. Alleen zijn als vrouw, bijvoorbeeld. Juist loskomen van de groep. Een eigen weg banen. Toch ook met een telefoon leven. Ik zoek een weg om zelfstandig en vrij te leven met de moderne kaders die ik ook heb meegekregen. Ik kan niet doen alsof ik in de Keltische tijd leefde. Ik leef in het hier en nu en daarin zal ik mijn weg moeten zien te vinden.
Zo dringt het de laatste tijd tot mij door dat ik misschien wel echt anders ben dan veel mensen. Ik schreef dit in mijn dagboek:
Je leest vaak dat mensen die gekke dingen doen altijd al het gevoel hadden ‘anders’ te zijn. Ik had dat gevoel nooit zo concreet. Ik dacht niet dat ik anders wás, maar me gewoon anders gedroeg. Gewoon nog op het rechte pad terecht moest komen er nog aan mij getimmerd moest worden, ik nog niet klaar was voor het normale leven. Steeds meer begin ik echter te denken dat ik anders bén. Ik verlang niet wat de gemiddelde persoon verlangt. Ik word niet blij van waar de gemiddelde persoon blij van word. Soms denk ik ook dat iedereen misschien wel anders is, anders dan de norm die we hebben verzonnen. Niet veel mensen kunnen aan het perfecte plaatje voldoen en dan ook nog tevreden zijn met hun leven.

Maar ik wil sommige dingen denk ik echt nooit. Ik wil nooit een rijtjeshuis kopen met een levenspartner. Ik wil nooit full-time werken. Ik wil gekke dingen, namelijk rust en veel alleen zijn. Ik wil niet met kinderen racen naar school, voetbal, muziekles. Ik wil geen groot succes, ik wil leven in het hier en nu. Ik wil geen wekkers zetten en onuitgerust in een drukke trein van stad naar stad reizen. Ik wil niet de hele dag naar een scherm kijken. Al die dingen geven me het gevoel dat ik faal, omdat ik het niet wil en niet kán. Noem het adhd, noem het lui. Ik wil gewoon rust en kalmte. Ik wil het bos om me heen, de geuren, de geluiden, de wind, de dieren. Ik wil plezier maken en leren. Ik wil genot.
Ik ben anders. Want ik weet nu echt dat ik bepaalde dingen wil of niet wil wat anderen zich niet voor kunnen stellen. Daarbuiten voel ik me een gekkie, een faler, een sukkel. De vrouw die nooit kan settelen en altijd weer met een raar nieuw plan komt. Maar in het bos voel ik me kalm, tevreden en blij.
Wat mij anders maakt is denk ik mijn wens om vrij te zijn. Mijn continu verlangen om alles op mijn eigen manier en in mijn eigen tempo te kunnen doen. Mijn overtuiging dat dat wat ik verlang goed is, ook als het afwijkt van de norm. Mijn behoefte om alleen te kunnen leven en overleven, en daarbij weinig nodig te hebben. Mijn wil om zoveel mogelijk buiten te zijn, ook bij kou en regen.

Soms denk ik dat ik ooit ook gewoon met een kerel ga trouwen en in een huis ga wonen met kids en een baan. Maar hoe ouder ik word, hoe minder ik dat denk. Ik ben inmiddels volwassen en verlang alleen maar meer naar natuur, rust en vrijheid.
Afzien is vrijheid
Miriam Lancewood schrijft het volgende in haar boek, waar ik erg mee resoneer:
Maar Peter en ik hadden al zoveel moeilijke situaties het hoofd geboden dat ontbering voor ons juist gelijkstond aan vrijheid. In moeilijke omstandigheden pasten we ons aan en gingen nog primitiever leven.
En zo voelt voor mij het iedere dag terugkeren naar de tent ook. Als ik in de stad ben en het is donker en regenachtig voelt de stap naar mijn tent enorm. Maar als ik die stap toch weer weet te maken, het toch weer weet te redden in mijn eentje in de winter, voel ik me echt vrij. Ik weet dat ik alle kanten op kan, kan doen wat me een goed gevoel geeft. De weg van plezier in kan slaan, in plaats van die van dwang en sleur.
Voor veel mensen klinkt dat onbegrijpelijk. Maar afzien kan echt vrijheid geven. Ik heb het al vaker gezegd, maar afzien betekent niet per se ‘lijden’. Afzien betekent comfort vinden in moeilijkere omstandigheden.

Ook als het donkere maan is en ik me minder energiek voel. Juist dan is het belangrijk dat ik bewust kies voor het tentleven. Dat ik de uitdaging van de ontbering aan durf te gaan. Vandaag betekende dat dat ik mezelf de fiets op moest slepen om eten te gaan halen. Ik wilde niet, wilde verstoppen in mijn bed. Maar, Simone, zei ik tegen mezelf. Als je dit tentleven wilt kunnen leiden, als je gelukkig alleen wilt zijn, dan kun je niet zielig in de tent liggen en jammeren om het feit dat niemand thee voor je zet. Dan moet je het zelf doen.
En dat deed ik, en nu voel ik me goed.
Ik zie het buitenleven echt als mijn optie voor de toekomst. En ik blijk niet de enige. Er zijn er meer ‘anders’.
Liefs, Simone
P.s. Je kunt reageren zonder in te loggen door je email niet in te vullen!

Plaats een reactie