Categorieën:

Vanaf Aberdeen was het flink doorbeuken. Ik wilde de stad uit en meters maken. Ik volg de Noordzeeroute, die ook helemaal langs de kust van Engeland, België, Nederland, Duitsland, Denemarken en Noorwegen loopt. Mijn moeder heeft die nog op haar ‘to-do-lijstje’ staan, maar het jammere is dat je sinds Brexit geen boot meer kunt nemen van Noorwegen naar Schotland. Dan kon je ‘m echt in een cirkel fietsen. Sowieso is dat balen, want als je nu naar de Faroër eilanden wil (Deens, dank Hems voor de correctie) kun je daar niet heen vanaf de redelijk dichtbij liggende Shetlands (Schots), maar moet je eerst terug naar Newcastle (ver weg), de boot naar Nederland en dan je weg zien te vinden naar Noorwegen voor een boot naar die eilanden. Of je vliegt gewoon, maargoed, dat willen we allemaal niet enzo. Brexit is gewoon stom, want daarom moet ik in september ook het land uit – de maximale verblijfsduur voor Europese burgers is zes maanden – en kan ik geen officieel werk of vrijwilligerswerk hier doen. En ik kan maar niet vinden hoelang je het land weer uit moet na zes maanden om terug te mogen, geldt dat per kalenderjaar? Of kan je gewoon even heen en weer? Online staat er niks over en bellen durf ik niet.

Wat me ook opvalt is dat Verenigd-Koninkrijkers het vaak over ‘Europa’ hebben als ze verwijzen naar het vasteland. Ook de anti-Brexitters (veel moeilijke samengestelde woorden, sorry) hebben het over Europa als een plek die ergens anders is dan hier. Maar, de VK is toch geografisch gezien ook gewoon Europa? Versterkt die visie niet het gevoel dat ze er niet bijhoren, een andere entiteit zijn? Of vinden ze dat ook gewoon wel lekker? Het blijven natuurlijk ook eilanden, dus in die zin snap ik het ook wel weer. Maar je kunt het kanaal zó oversteken en ooit in de prehistorie lag de boel gewoon droog. En waarom zou water opeens een grens zijn als we gewoon boten en vliegtuigen hebben? Filosofisch kwestietje, kern is: Brexit is gezeik want dan kan je de Noordzeeroute niet in één keer rond fietsen.

Zicht op Aberdeen

Gelukkig was ik dat toch niet van plan. Blij als ik was over het gedeelte tussen Inverness en Aberdeen – want, veel groen, fietspaden en stilte – was ik des te teleurgestelder over het gedeelte erna. Veel weilanden en autowegen en vooral veel tegenwind. Echt vol van voren, en hard waaide het! Dat is vooral heuvel op ontzettend pittig en op een gegeven moment ook gewoon supervermoeiend. Je kunt niet lekker gemoedelijk fietsen en in de berm je bammetje eten, want je bent keihard aan het sporten en stilzitten is te koud. Toen ik per ongeluk verkeerd was gereden kwam ik uit bij de rivier ‘Dee’ die vanaf Aberdeen het westen in loopt, het berggebied in dat heel mooi schijnt te zijn. Cairngorms National Park heet het daar, en Eddy (die man uit Inverness) had gezegd dat dat ook een leuke fietsroute zou kunnen zijn. Maar ik had me nu zo vastgepind op Edinburgh bereiken dat ik na lang wikken en wegen bij die rivier toch de Noordzeeroute weer herpakte. Misschien deed ik die andere route ooit nog wel eens.

Ik beukte de hele dag door en zette mijn tent op op een weiland aan zee. Daar sliep ik heerlijk en beloofde mezelf de volgende dag een lange ochtend in een café. Terwijl ik daar een gebakken aardappel gevuld met bonen in tomatensaus verorberde, zocht ik naar Warmshowers adresjes. Als ik een beetje mijn best deed zou ik die dag namelijk uitkomen in Dundee, een vrij grote stad boven Edinburgh. Het ging allemaal veel sneller dan ik dacht, want ik had (zonder het ook maar goed uit te rekenen) in mijn hoofd dat het wel twee weken zou duren tot Edinburgh. Maar op dit tempo was het eerder vier dagen, ofzo. Vlak voor en vlak na steden vind ik wildkamperen niet zo chill (hier noemen ze dat opeens ‘rough camping’ in plaats van ‘wild camping’, lokaal dialectje?) en omdat het zo grijs en koud was vond ik het allemaal ook een beetje saai en eenzaam. Warmshowers is een platform waar fietsers andere fietsers en bed en douche aanbieden en Bridget reageerde dat ze zelf niet thuis was, maar haar onderhuurder wel open kon doen. Dat leek me gezellig, een warm huisje en wat mensen om me heen.

Die dag had ik echt de hardste tegenwind ooit. Ik moest nog 50 kilometer vanaf het café en ging denk ik gemiddeld zo’n 5 kilometer per uur. De onderhuurder zou om half acht naar de bioscoop gaan, maar hij kon ook wel even naar buiten komen om de sleutel te overhandigen. Om 21:15 kwam ik helemaal kapot daar aan, de stad ook nog hebben moeten doorkruisen met alle misère en drukte van dien. Ik was de laatste tien minuten ook nog eens even compleet nat geregend, maar ik mocht niet zeiken. Op de hoek van de straat zat een dakloze vrouw van mijn leeftijd in een dun slaapzakkie ín diezelfde fucking regen. Echt what the fack mensen. Hoe kan dit? Hoe. Kan. Dit. Hoe moeilijk is het voor een overheid om mensen een soort minimum inkomen te geven zodat ze niet aan een autoweg in de regen en wind op straat hoeven te slapen? En wij maar zeiken dat daklozen alleen maar drugs en alcohol kopen als we ze geld geven, nou dat is ze goed recht vind ik. Volgens mij is dat de enige manier om het aan te kunnen. Maargoed, ik fietste er laf aan voorbij zonder ook maar iets bij te dragen aan haar situatie in de vorm van geld, alcohol, drugs, een warme slaapzak of gewoon een fucking huis.

Ik dronk een 0.0 biertje in het café en wachtte op Robin, die me even snel uitlegde hoe het huis werkte. Hij sliep vannacht in zijn andere huis, dus ik had het rijk voor mezelf. Twee mensen die me nog nooit hadden ontmoet vertrouwden mij hun hele huis toe, dat vond ik wel echt bijzonder. Het was niet het sociale contact waar ik eerder die dag op hoopte, maar om tien uur ’s avonds maakte ik me daar niet heel druk meer om. Ik nam een lange warme douche, dronk een kop thee, flikkerde alles in de oplader, en sliep heerlijk lang in het bedje. Om twaalf uur de volgende dag had ik eindelijk semi-motivatie gevonden om door te gaan.

Maar ik ging rustig aan doen vandaag. Nadat ik de Taybridge vanaf Dundee was overgestoken kwam ik in een prachtig natuurgebied met strand en bos en zeehonden en stilte. Aan het eind ervan was een grote parkeerplaats met een nog groter grasveld met allemaal gezellige picknickbankjes. Er was een wc en een foodtruck met crepes. De zon scheen en het bos hield de ergste wind tegen. Ik ging hier de rest van de dag keihard in het gras liggen en chillen en kamperen en crepes vreten. HDP (heerlie de peerlie)! Bij een parkeerplaats kamperen lijkt overdag altijd heel prima en chill, maar als er ’s avonds nog maar één auto staat kan het soms wel kwetsbaar voelen. Maar dan zeg ik tegen mezelf ‘hou je bek’ en doe ik de tent dicht en vergeet ik de wereld om me heen.

Nog honderd kilometer naar Edinburgh en vrij weinig zin. Maar een beetje doorbeuken geeft ook wel voldoening. Helaas bleef de wind keihard tegen en het landschap weer saai met gras en koeien. Het is echt pittig koud hier, zelfs ’s avonds in mijn slaapzak met veel kleren aan duurt het nog even voordat ik me aangenaam voel. Gelukkig is het wel voornamelijk droog, dus als fietser mag je dan eigenlijk niet klagen. Maar toch twijfelde ik halverwege de volgende dag. Omkeren? Een trein ergens naartoe pakken? Maar waarheen dan? Alle opties voelden stom en ik wist ook: als ik Edinburgh bereik met al deze saaiheid en tegenwind voel ik me wel echt de koningin des doorzetters. Soms is het een moeilijke afweging: zet je even door voor het gevoel van voldoening daarna of haak je af om je goed te voelen in het nu? Ik had alleen gewoon niet echt een alternatief wat me gelukkig maakte en dan is het lekkere aan fietsen ook gewoon dat je gewoon maar doorgaat. ‘Als je maar vooruit komt’ is het motto en dus ging ik gewoon maar lopen met de fiets aan de hand, terwijl ik op Whatsapp spraakjes uitwisselde met vriendinnen en naar vermakelijke podcasts luisterde. Lang leve de smartphone en lang leve mijn geweldige vrienden.

Terwijl ik voor de zestiende keer (overdreven) een pauze hield tipte een voorbijganger me een boerencamping op 15 kilometer. Het bleek echt een klein paradijsje te zijn. Een speciaal veldje in de boomgaard voor fietsers, een hele uitgebreide biologische winkel en een cafeetje met lekkere koffie. De prijs per nacht was maar zes pond en ik was de enige tent op mijn veldje. Vlak ervoor kwam ik door een oud dorpje waar ze nog scènes van Outlander hebben opgenomen en met een prachtig bos en landgoed eromheen. Poi, wat een verrassing! Na zoveel saaiheid en opzien tegen de grote stad Edinburgh nog zo’n idyllisch knus plekje op de route! ’s Avonds deelde ik het kampvuur met Alan, een toffe man die veel had gereisd en nu met zijn vrouw een stuk land bezat waar hij op tuinierde. Zo gezellig en inspirerend! Ik mocht ook best een keer mijn tentje op zijn land vlakbij Edinburgh opzetten zei hij, daar ga ik zeker een keer gebruik van maken!

Zoals je begrijpt blijf ik hier nog een nachtje. Ik zit lekker aan een bakkie en prop mijn mond vol met versie bio vijgen (lekkerste treat ooit). Maandag of dinsdag ga ik weer terug naar Inverness om te chillen met mensen die ik daar heb ontmoet en Inverness voelt ook een beetje als huis en rustpunt. Vanuit daar ga ik misschien alsnog door de Cairngorms fietsen, en de Ben Nevis (hoge berg) beklimmen staat ook nog steeds op mijn wensenlijstje. Het Noorden van Schotland is gewoon wat interessanter dan deze hoek! Deze boerderij host ook wwoofers (vrijwilligers), dus misschien is dat nog een leuk idee voor augustus maar we gaan het allemaal wel zien. Ik wil nog niet naar huis, nog lange niet, nog lange niet! Maar de boot gaat 3 september. Huilen.

Hier nog blij want het is nog geen 3 september

Ontvang een mailtje van me bij een nieuwe blog! 🍂🍃

Voeg je bij 185 andere abonnees

Geef een reactie op Ruben Reactie annuleren

7 reacties op “Een gouden randje”

  1. Hems Zwier Avatar

    Wow was weer bikkelen, maar wel prachtige ontmoetingen. Mooi dat vertrouwen van wild vreemden. Denk dan altijd er is nog hoop voor de mensheid 😉
    O ja de Faröer is van Denemarken hoor, mochten die Noren willen, prachtig gebied. Super om te bezoeken. Heel veel lange tunnels om de eilanden te verbinden. Vanuit het puntje van Denemarken (Hirtshals) met de Smyril line vaar je er zo naar toe. En dan is IJsland nog maar een klein stukje ;). Veel plezier, wij vertrekken dinsdag naar Scotland.

    Geliked door 1 persoon

    1. Simone van Dijk Avatar

      Oooh Deens joh! Ik dacht m’n hele leven lang Noorwegen en heb het niet eens gecheckt! Wel eens geweest?

      Geliked door 1 persoon

  2. Hems Zwier Avatar

    Ja twee jaar geleden. Eerst 4 weken naar IJsland en toen op de terugweg afgestapt op de Faröer. Echt een belevenis. We kwamen aan in de stromende regen. Geultjes werden woeste beken, maar toen het opklaarde echt prachtig. Als je de kans krijgt zeker bezoeken!

    Geliked door 1 persoon

  3. Ruben Avatar
    Ruben

    heerlijk met bakkie koffie je blog gelezen wat een bikkel 💪😘ik ben een beetje jarloers😀

    Geliked door 1 persoon

  4. liefsturid Avatar
    liefsturid

    Echt weer genieten. Dank voor de pret!

    Geliked door 1 persoon

  5. baloe6ccd7b3661 Avatar
    baloe6ccd7b3661

    erg leuk om jouw avonturen te lezen! Heb het goed!

    Geliked door 1 persoon