-
Heksen en wolven

De sleutel van kamer 13 werd door de oudere, glimlachende man in mijn handen gedrukt. Daar werd ik al heel blij van, want 13 is een vrouwengetal. Is er niet een theorie dat vrijdag de 13e oorspronkelijk een dag was waarop vrouwen samenkwamen, en dat mannen dat intimiderend vonden en toen besloten dat dat ongeluk bracht? Of het bracht ook daadwerkelijk ongeluk voor hén, omdat door die samenkomsten vrouwen hun krachten bundelden en dat misschien niet altijd even positief uitpakte voor de miezerige gevallen onder het mannelijke geslacht? En als dit allemaal een fabel blijkt te zijn, dan kies ik bij deze alsnog voor vrijdag de 13e als dag van de vrouw, gewoon als antigif tegen het bijgeloof en om lekker te schoppen tegen heersende overtuiging. Ik ga mijn best doen om, als ik ooit ga trouwen, dat op vrijdag de 13e te doen en me dan ultiem heks te voelen (hoewel dat trouwen dan weer beetje anti-heks is, maar ook dat narratief kan ik omvormen naar hoe ik het wil, haha).

Ik betaalde maar twee tientjes per nacht en op dag één leek dat de ultieme deal. Tot elf uur sliep ik uit waarna ik in alle rust mijn kopje koffie op het overdekte terras opdronk. De dag erna wist ik weer waarom Nivonhuizen zo goedkoop zijn. Door de kerstvakantie hadden gezinnen hetzelfde idee gehad als ik en dan merk je dat de muren net zo goed gordijnen hadden kunnen zijn; zo goed hoor je alles. Om zes uur rende de kids al door de gangen (chapeau ouders, maargoed, heb je ook niet altijd in de hand hè) en om acht uur vonden ook de ouders dat ‘nu iedereen waarschijnlijk wel wakker was’. Ik moest een beetje huilen, maar accepteerde mijn lot en glimlachte lief naar alle kleintjes. Het is niet jullie fout, rakkers.
Mijn plan was om met midwinter, 21 december, vroeg op te staan en een zonsopkomstwandeling te doen. Gewoon als een soort ritueel om stil te staan bij het licht dat er wél is in de winter. Maar ik had geen zin om mijn bed uit te komen, dus ik verschoof het een dag. Vanochtend liep ik door de halfschemer – het was eigenlijk al bijna volledig licht – door het bos en zette voorzichtige stappen in de modderplassen. In Lage Vuursche wordt regelmatig de wolf gespot, misschien zou ik hem nu ook zien? In mijn fantasieën zou ik mezelf terug naar het huis moeten slepen met een gapende bijtwond en een goed verhaal voor de rest van mijn leven, of zou ik een soort spirituele bond met de wolf voor me hebben en hem mogen aaien, maar niets daarvan gebeurde. Toch was het wel een fijne wandeling en ik nam me voor om dit gedurende de heilige nachten iedere ochtend te gaan doen – gaat toch niet gebeuren. Hier had ik kinderen om me wakker te maken, maar mijn wekker heeft écht niet hetzelfde effect!

Hier zitten is, ondanks de drukte, echt een soort retraite. Ik doe de hele dag niet veel meer dan lezen, schrijven, haken, eten, wandelen, Modern Family kijken. Dat vind ik zo fijn aan Nivonhuizen, het voelt echt even als een minivakantie. De dag begin ik met een ontbijtje buiten, dat vind ik ook een fijn winterritueel. Maar bij mijn kamer heb ik niet echt een plek om buiten te zitten dus zou ik echt het bos in moeten, en bij mijn ouders is dat ook een beetje ongezellig. Hier staan picknicktafels onder afdakjes en vormen dus de perfecte buitenplek om je dag te beginnen. Heerlijk.

En elke dag schrijven in mijn dagboek. In de zomer verwatert dat altijd, en vanaf midwinter bedenk ik opeens weer hoe goed dat me doet. Soms hou ik me aan de regel ‘drie pagina’s volschrijven’, zodat je het écht even een goede kans geeft. Ook al is het bullshit wat je opschrijft, je krijgt daardoor een soort routine van schrijven en leert als het ware je gedachtes op papier te zetten. Of ik doe ‘Future Self Journaling’ van de Holistic Psychologist, een rijtje vragen die je elke dag beantwoordt om je bewust te maken van hoe je je wilt voelen, waar je dankbaar voor bent en hoe je jezelf wilt ontwikkelen. Heel nuttig en ik wil dat minstens de 12 heilige nachten volhouden.
Een paar daagjes Nivonhuis – ik kan het aanraden. Voor mij een perfecte afwisseling met de dagen dat ik in mijn kamer zit (ik huur die maar voor halve weken) en om niet steeds alleen maar op mijn ouders lippen te zitten. En het is gewoon een leuke minivakantie. En voor mij een midwinterritueel, want precies 1 jaar geleden zat ik hier ook. Volgend jaar weer?
xx

-
Midwinter & de Heilige Nachten inspiratie

Nu bijna alle blaadjes écht van de bomen zijn begin ik het te beseffen: het wordt winter. Mijn kamertje is nog ingericht op de herfst, met paddenstoelenkaarsjes en felle kleurtjes, maar het wordt tijd voor versiering in de vorm van lampjes en wintergroen. Dat hoeft natuurlijk helemaal niet, maar ik vind het ergens wel fijn om me een beetje af te stemmen met wat er buiten gebeurt nu ik veel (meer) binnen zitten. Maar eerst slaap ik vannacht in een Nivonhuis op mijn eigen kamertje, eet ik mijn zoete-aardappelsoep (nog best herfstig) en neem ik morgen de boot de Noordzee over. Naar mijn liefje. Dat past ook wel in de categorie ‘lichtjes en wintergroen’ toch?

Toen ik in de stacaravan op de boerderij woonde was ik erg actief bezig met de paganistische jaarfeesten vieren. Dus niet de Christelijke, maar de vóór-Christelijke. Paganistische jaarfeesten zijn gebaseerd op de cyclus van het jaar, van de natuur. De laatste jaren heb ik dat wat laten verwateren, had ik er niet zo’n behoefte aan. Misschien juist wel omdat ik altijd al in de natuur was en geen ‘ritueel’ nodig had om me ermee te verbinden. Maar nu ik weer een huizenmeisje ben is die behoefte er weer meer, om stil te staan bij wat er buiten gebeurt. En niet alleen met lampjes 😉
Van 20 op 21 december is de nacht het langst en daarna blijft zonsopkomst en zonsondergang tot begin januari een beetje rond dezelfde tijd hangen, het gaat gewoon traag. Hier een schemaatje van december en januari:


Zonsopkomst en – ondergang tijden van eind december & begin januari Omdat het dus die weken donkerste tijd van het jaar is werd het in paganistische tradities een beetje gezien als ‘de tijd tussen de jaren’ en dat vierden ze met 12 zogenaamde heilige nachten vanaf Midwinter (wie ‘ze’ zijn laten we ff in het midden). De cyclus kun je als volgt zien: je hebt geboorte, je hebt vol in het leven staan, je hebt de dood én je hebt de periode van de ziel – na de dood en voor de wedergeboorte. Je hoeft hiervoor niet in reïncarnatie te geloven, het gaat ook om het grotere proces. In de natuur sterven dingen (herfst), dan is er even een soort pauze (winter), en dan gaat alles weer opnieuw groeien (lente) en dan is alles in volle bloei (zomer). Niet iedereen ziet het op deze manier, sommigen zeggen dat de vierde fase de dood is en de herfst meer een fase van wijsheid. Hoe het ook zij, de winterperiode is die van de dood, van rust, van pauze. Ik denk dat we het daar allemaal wel over eens zijn.

Nu is natuurlijk de grootste uitdaging ons daar als mens ook een beetje aan over te geven. Jezelf forceren rust te pakken rondom Kerst is misschien wat veel gevraagd, maar je kunt natuurlijk helemaal je eigen ‘heilige nachten’ creëren. Bijvoorbeeld door je telefoon niet mee naar bed te nemen. Door elke dag een ommetje buiten te maken. Door je to do lijsten weg te leggen en je gewoon lekker over te geven aan je natuurlijke ritme. Door lekker veel te slapen.
In 2021 vierde ik Midwinter, en daarmee het begin van de Heilige Nachten, met een kampvuur ritueel. Met een paar vrouwen zagen we rondom het kampvuur de zon opkomen, we zongen een lied, we lazen een verhaal voor, we deden een donkermeditatie, en iedereen schreef voor zichzelf op wat ze af wilde ronden en hoe ze rust zou kunnen bewaren de komende weken. Daarna gingen we lekker samen ontbijten, omdat het nogal vroeg was 😉

Vandaag besefte ik dat ik dus weer verlangde naar zo’n ritueel en bedacht ik om misschien iets te organiseren. Maar dat vind ik eigenlijk heel stressvol en eng – al helemaal met onbekenden. En dat draagt dan eigenlijk juist niet meer zo bij aan het tot rust komen en verstillen. Daarom deel ik hier met jullie het document van die ene viering in 2021, zodat je misschien zelf, in je eentje of met anderen, een Midwinterritueel kunt houden.
In deze blog lees je ook hoe ik de Heilige Nachten in 2022 vierde.
Wat ik de 21e ga doen dit jaar:
* Een ochtendwandeling door het bos van 8:00 – 9:00. Vanaf ongeveer 6:40 begint het al langzaam licht te worden, dus wellicht start ik dan al als ik kracht heb.
* Daarna lekker met versgeplukte sparrennaalden thee zetten en met een ontbijtje erbij in mijn dagboek schrijven met de volgende vragen in mijn hoofd: wat wil ik afronden? Hoe creëer ik rust? Hoe houd ik het licht brandend deze winter?
* En dan ga ik de hele dag breien en lezen xP
* De Heilige Nachten ga ik niets bijzonders doen, vooral proberen veel uit te slapen en weinig te plannen
Zin om mee te doen in Lage Vuursche? Let me know (alleen vrouwen): denatuurverbinding at gmail.com. Lijkt me vet gezellig! Ik zou max 5 personen doen, mochten meerdere mensen zich melden.Hoe vier jij de winter? Vier je Midwinter? En de Heilige Nachten?
Liefs xx Simone
-
DIY: kleding repareren voor beginners

Toen ik in de tent ging wonen, kon er maar weinig mee en was het belangrijk dat mijn kleding functioneel was. In de winter moest ik warm blijven en was omkleden een crime, dus had ik vaak zelfs dag en nacht hetzelfde aan – op een schone onderbroek iedere dag na. Ik droeg veel wol dat nauwelijks gaat stinken en snel droogt en hing dat af en toe uit in de kou. Ik zal vast wel wat naar zweet hebben geroken, maar in de winter wordt je nauwelijks vies en voelde ik me prima in mijn outfit. Hoewel ik wel de afwisseling van leuke kleren miste, hoorde mijn setje kleren echt bij mij.
Het was prijzig geweest: over de jaren aangeschaft een gewoven broek van wol van €160, een merino thermosetje van €90, en leren barefoot schoenen van €180. Ik droeg een dik fleecevest dat ik ooit als vrijwilliger had gekregen en daaronder een trui van alpacawol die ik al jaren meenam op vakantie. Dat was zo’n beetje mijn outfit. Ik zwoor bij die items en omdat ik ze intensief gebruikte sleten ze snel. Ik wilde er daarom goed voor zorgen en ze onderhouden.
Via Pinterest ontdekte ik toen de schoonheid van visible mending. Het is een manier van je kleding repareren zodat iedereen kan zien dat het gerepareerd is. Daarmee wordt het niet alleen toegankelijker om het zelf te doen (het mag er amateuristisch uitzien), maar draag je ook een statement uit: hier worden dingen gedragen tot ze echt niet meer kunnen. Een statement tegen de fast fashion industrie. En het ziet er ook gewoon vrolijk uit, vind ik persoonlijk, een beetje een Pippi Langkous-vibe.

Repareren uit armoe
Mijn vader stuurde een foto door van een museumstuk uit Workum: een 133-keer-verstelde onderbroek van een arme vrouw. Eerst met dezelfde kleur als de originele stof, maar, zo bleek uit een interview met een schilder die het kledingstuk had geschilderd, nadat haar man overleed met welke kleur dan ook voorhanden was. Niemand zou haar er toch meer in zien, moet ze gedacht hebben. Meuke Albertje, zo heette de eigenaresse van de onderbroek, was de voorloper van de visible mending beweging! En met haar waarschijnlijk iedereen die zeer op de centen moest letten.
Te zien in het Jopie Huisman museum te Workum Steeds weer nieuwe kleren
Inmiddels is het juist onder de welvarenden populair om duurzaam te leven. Niet per se om de centen, maar vooral om het klimaat en misschien ook omdat mensen verlangen naar meer eenvoud. Ook ethiek rondom kledingproductie speelt een grote rol: we kunnen niet meer negeren dat er veel mensen, vaak te jong ook, lijden onder ons consumentisme. Tweedehands kopen is een oplossing, maar ook dat voedt het continue verlangen naar meer en nieuwe spullen. We willen elke dag weer een ander setje kleren aan, naar elk feestje een nieuwe jurk, er leuk en origineel uitzien.Steeds maar weer nieuwe kleding kopen als iets ook maar een beetje kapot is, is niet alleen schadelijk voor de aarde maar misschien ook wel onrespectvol voor mensen die niet eens de basisfaciliteiten kunnen betalen. Stel dat we allemaal wat minder ‘extra’ zouden kopen en dat geld met anderen zouden delen? Het is mijn theorie voor een sterkere community. Maar we willen graag quick fix en je kleding (laten) repareren kost tijd en moeite. Bestellen is sneller, en hoe duur is een nieuw paar sokken nou?

Basisoutfitje (het logo van de fleece ook ‘gevisible mend’ door er stukjes stof overheen te naaien) Breien bij de openhaard
In die zin is voor een duurzamer leven ook een trager leven nodig. Kwaliteit in plaats van kwantiteit. De tijd nemen voor de afwas, voor fietsen naar werk, voor vuur stoken, en voor je kleding repareren. Misschien lijkt rust kunnen inbouwen in je leven een privilege, maar het is vaak ook een keuze. Wél een keuze die voor de een veel makkelijker is om te maken dan voor de ander (aanbeveling: het boek Rest is Resistance van Tricia Hersey waarin ze ook de rol van racisme in kiezen voor rust toelicht).Ik zie ze vaak voorbij komen: plaatjes van eekhoorns die breien bij de openhaard, egels die hun kinderen voorlezen bij kaarslicht, of een muisje met een slaapmuts die een boek leest in bed met de slogan ‘Stop glamorizing the grind and start glamorizing whatever this is’ (the grind = een leven met hard en veel werken en productief/succesvol zijn). Trager leven is de ultieme kneuterige herfstvibe en daarom past visible mending daar ook zo goed bij. Ben je al bekend met handwerken? Top, dan pak je het waarschijnlijk snel op. Heb je nog nooit naald en draad in je handen gehad? Ook dan kun je het gemakkelijk leren.

En hé, je mag echt wel eens wat nieuws kopen. Ik ben hier niet om je een schuldgevoel aan te praten. We leven in een wereld die draait om geld vermeerderen en het is onmogelijk om daar als individu aan te ontsnappen. En soms wil je gewoon even tijd besparen, handige spullen, of er leuk uitzien. Dat is oké, je hoeft de wereld niet te redden in je eentje. Maar als je een kleine stap wilt zetten en je wordt er blij van, lees dan verder.
Visible mending: de basis
Het basisprincipe van visible mending is dat je je kleding wilt maken en dat het gezien mag worden. Verder zijn er eigenlijk geen regels en dat is het lekkere. Doe gewoon maar wat – tenzij het kledingstuk heel veel waarde voor je heeft. Maak rare knoopjes en naai honderd keer over dezelfde plek. Dat is waar je begint. En wees trots op je creatie, hoe lelijk ook.
Benodigdheden
- Een dikke stopnaald (ik vind met een scherpe punt fijner dan een botte)
- Gewone naaldjes voor het naaiwerk
- Sterk garen, gewoon een klosje. Ik heb standaard crème wit, die gebruik ik voor alles
- Hulpstofjes, bijvoorbeeld gewoon oude kleren waar je in kunt knippen
- Bolletjes wol (hoeft niet per se wol te zijn, mag ook acryl oid)
- Eventueel spelden om een stofje vast te kunnen zetten
Bij de Albert Heijn of Hema verkopen ze reisnaaisetjes. Daarin zit alles wel wat je nodig hebt! Als je echter sokken wil stoppen, heb je een grote dikke naald met een groot oog nodig en een bolletje wol. Vast ook te koop bij Hema.
Sokken stoppen
De belangrijkste wat mij betreft is sokken stoppen. We weten allemaal dat onze oma’s het massaal deden, maar zelf hebben we geen flauw idee meer hoe het moet. Het is echt niet zo moeilijk! Je hoeft niet te kunnen breien, dat dacht ik altijd.
Het principe is zo: je weeft eigenlijk een stukje stof op de plek van het gat. Weven betekent eerst verticaal draad (de dikte van waarmee je sok gemaakt is, maar afwijkend kan ook) aanbrengen, en dan horizontaal over en onder dat draad bewegen. Je kunt de stof strak houden door er een sinaasappel of ander hard rond voorwerp onder aan te brengen en daaronder je sok (of kledingstuk) strak vast te trekken met een haarelastiek. Zorg dat je ook ruim rondom het gat door de stof van je sok naait zodat je garen stevig aan je sok vast zit.

Stap 1: rondje eromheen naaien (op en neer in de stof) 
Stap 2: verticale banen naaien rondom gat en over gat 
Stap 3: horziontaal over en onder de verticale banen door (steeds om en om) Begin ook eerst met even een rondje op en neer naaien rondom het gat, zodat je garen verschillende richtingen op wijst en er er niet uit gaat als je een beetje trekt.
Je maakt geen knoopjes in de uiteinden, dat zit niet lekker onder je voet. In plaats daarvan eindig je met de draad aan de binnenkant van de sok en keer je je sok binnenstebuiten. Dan naai je de uiteinden met je naad in het weefsel dat je gemaakt hebt. Houd dus aan het begin en eind vrij lange stukken over.
Je kunt deze techniek ook goed gebruiken voor rafelige gaatjes in kleding, bijvoorbeeld merino wolletjes of gebreide truien.



Gat naaien met hulpstofje
Om een stofje op een kledingstuk te naaien, over een gat heen, gebruik je een gewone naald en stevig draad. Je naait het stofje gewoon vast, aan de buitenkant of binnenkant van je kledingstuk, wat je mooi vindt. Vouw wel even de randen om van je stofje zodat je geen rafels krijgt.
In naaien heb je verschillende technieken: gewoon op en neer door de stof bewegen (rijgsteek), steeds na een steek terug de stof in steken (stiksteek), of de draad steeds door de lus steken (festonsteek). Die laatste gebruik je alleen aan randen. De rijgsteek vind ik zelf niet fijn omdat als je te hard trek, de stof opkrult. Maar die kan bijvoorbeeld wel voorbovenstaande techniek, als je meerdere richtingen op naait. Ik gebruik vaak ook de stiksteek, die is lekker stevig!
Rijgsteek (bron: hobbygigant.nl/naaisteken)
Stiksteek (bron: hobbygigant.nl/naaisteken)
Festonsteek (bron: hobbygigant.nl/naaisteken)
Je knipt een stukje stof uit een stuk groter dan het gat en naait niet alleen de randen van het stofje vast, maar ook alle plekken waar de stof overlapt met je broek. Voor extra stevigheid doe je dit met een naaimachine, maar dat hoeft helemaal niet! Je kunt alle steken die je wilt gebruiken, in een spiraalvorm naaien of gewoon heen en weer. Leef je uit of zoek leuke plaatjes op Pinterest als voorbeeld.


Stofje aan de binnenkant v.s. stofje aan de buitenkant, vastgenaaid met rijgsteek horizontaal en verticaal door elkaar (had mooier gekund, haha). Eigenlijk dezelfde techniek als met sokken stoppen, maar dan met een extra stofje als versteviging. 
Stofje aan sportbh genaaid met festonsteek 
Stofje op merino vastgenaaid met festonsteek, later het hartje er nog op geborduurd (zie onderaan) 
Stofje aan binnenkant vastgenaaid met festonsteek en stiksteek (buitenste ring) Klein gaatje dichtborduren
Borduren betekent eigenlijk versieren, en dat kan goed met kleine gaatjes. Borduurgaren is dan wel handig, dit bestaat vaak uit zes strengen. Ik gebruik meestal drie strengen, dus knip een stukje garen af en split dat dan doormidden. Een borduurring is handig, dan houd je de stof strak, maar dit kan bijvoorbeeld ook door je stof om een sinaasappel heen te binden.

Hartjes geborduurd. Hier nog óp een hulpstofje, maar kan ook zonder en gewoon direct op het gaatje. Gewoon naaien
En dan soms heb je heel weinig nodig en kun je een gaatje gewoon dichtnaaien met wat garen. Dit is vooral als je kledingstuk ook op een naairand is gescheurd.

That’s it!
En zoek vooral zelf rond op Pinterest of zoekmachines naar ‘visible mending’! Er zijn eindeloos veel leuke opties en inspiratie. Ik ben maar een beginner en het ziet er niet altijd vét mooi uit, maar ik vind het leuk en kneuterig, haha. Laat me weten of je er wat aan had 🙂 Dan ga ik nu weer even mijn 4 sokken stoppen die al een poos liggen te wachten 😉Heb je nog aanvullingen of tips, hoor ik die ook graag!
Liefs!
-
Hoe deed ik dat?

Soms snap ik mezelf niet. Hoe heb ik dit twee winters gedaan, in een tent wonen? Het is nu de tweede avond, pas zeven uur, en het is al anderhalf uur donker. Het miezert af en toe en dan verplaats ik van de stoel buiten weer naar mijn matje binnen. Door de miezer voelt het ook zo waterkoud aan, volgens internet was het dezelfde temperatuur als gister maar het is minder aangenaam. Ijziger.
De boswachter – of eigenlijk gewoon een kampeerder die toevallig boswachter van beroep is – is vuur aan het maken in de kampvuurkuil. Ik wacht even tot die aan is, is dat verwend? 😉 Straks ga ik daar dan maar met regenjas en regenbroek zitten, want mijn wolletjes wil ik droog in bed dragen!
Ik heb heus wel wat te doen, hoor. Mijn boek waar ik al wéken over deed heb ik in twee avonden uit gelezen en ik heb ook een nieuw haakproject mee. Of eigenlijk, een bol wol en een haaknaald, want wat het gaat worden daar ben ik nog niet over uit. Ik heb heerlijk gekookt, dat was ik eigenlijk van plan nog wat uit te stellen zodat ik een avondactiviteit zou hebben. Maar om half zes was m’n prutje klaar en het toetje heb ik ook al achter de kiezen. Yoghurt met jam. Ik zorg in ieder geval een stuk beter voor mezelf, maar misschien ook omdat ik hier maar twee nachtjes ben. En ik had zin in lekker eten.

Heb jij dat ook, in de supermarkt? Dat je verstelt staat van hoeveel eten je eigenlijk nodig hebt voor een paar dagen. De kosten lopen hoog op, maar het is vooral zo véél. En dan te bedenken hoeveel mensen er wel niet op aarde rondlopen?! Ik heb altijd iets van een schuldgevoel als ik in mijn eentje boodschappen doe en alleen voor mezelf. Samen met iemand denk ik daar niet meer over na, makkelijk is dat. Dus die houding probeerde ik nu ook aan te nemen in de supermarkt. Lekker in mijn mandje gooien waar ik zin in heb!
Ik was ontzettend opgefokt. Of eigenlijk al vijf dagen, sinds ik weer in mijn kamertje trok. Zoals je misschien weet heb ik een part-time kamertje waar ik elke zondag tot woensdag in kan. De andere dagen zijn de kinderen van de hoofdbewoner over de vloer en heeft hij behoefte aan privacy. Zo blijven voor mij de kosten laag én word ik gemotiveerd steeds weer wat leuks te bedenken voor de andere dagen. Want anders zou ik gewoon 24/7 wegstinken op die zolder omdat dat nou eenmaal de gemakkelijkste optie is. En mensen, of ik althans, zijn gemakszuchtig.
Het kamertje heeft ook een keukentje, dus ik kan daar heerlijk rommelen. Ik experimenteerde de afgelopen week met yoghurt maken (twee keer mislukt) en kookte lekker voor mezelf. Al mijn knutselspullen staan overzichtelijk en makkelijk te bereiken achter mijn bed en ik begon twee haakprojecten en een nieuw breisel tegelijk, omdat ik niet kon kiezen. Ik ging hardlopen op mijn teenschoenen, wat belachelijk goed ging en ik lag een dag op bed met menstruatiepijn. Ik wandelde door de bossen die letterlijk achter het huis liggen, ik werkte wat, en ik schreef een artikel voor een magazine. Oja, en ik had nog een online les Arabisch, en oefende op mijn altviool waar ik volgende week een klein concertje mee geef met m’n pa.

Allemaal leuke dingen, maar mijn hartslag was continu op maximaal. Ik denk dat na een half jaar Schotland, daarna huisoppas, en daarna Frankrijk ik gewoon helemaal stijf stond van de inspiratie voor dingen die ik wilde doen. Zelf, in een huis, mijn brein gebruikend, met mijn eigen spulletjes en in het verlengde van mijn hobby’s. Een taal leren, schrijven, nieuwe vaardigheden leren, boeken lezen, breien haken enzovoorts, koken, leuke kleren dragen, met mensen afspreken, zestig boeken lezen. Ik wil alles tegelijk en ik kon me nergens op focussen, omdat ik in alles zoveel zin had. Het voelde bijna een beetje manisch, dat was het misschien ook, maar gelukkig niet op de ziekelijke manier (denk ik).
En ik had zin in kamperen op mijn oude vertrouwde terreintje! Dus toen ik woensdag weer uit de kamer moest raapte ik alle spullen weer eens bijeen en nam ze op de fiets mee naar m’n ouders. Onderweg werd ik in een tijdsbestek van twee minuten nog twee keer aangehouden door de politie. Eerst omdat ik ze geen voorrang gaf van rechts, toen omdat ik mijn telefoon in mijn hand hield (ze doken opeens weer uit een ander straatje op, bastards). Ongemakkelijk..
Ik mocht de auto een paar dagen lenen van mijn ouders zodat ik wat meer mee kon nemen naar het kampeerterrein en het wat makkelijker kon combineren met mijn afspraken in Utrecht en Zwolle. Heerlijk! Maar van met die auto door de stad rijden raakte ik alleen nog maar opgefokter. Toen ik ’s avonds na een teamuitje in de schemer nog snel mijn tent opzette besefte ik dat ik het eten was vergeten en toen racete ik nog even naar de supermarkt. Weer het hele bos door, weer al die stoplichten, ik had het geduld van een cavia die de koelkast open hoort gaan.
Maargoed, toen ik eenmaal in m’n tent zat met mijn boek en avondmaal was ik de rust zelve. Even niét mijn spulletjes om me heen hebben is ook wel fijn. Vandaag hing ik de hele dag in het bos en Zora kwam ook nog even buurten. Het boek is nu gewoon uit, het haakproject nog onbekend en het eten al op. Al m’n appgesprekken zijn afgerond en op Instagram is ook niet veel meer te beleven. Dus ik geef er even aan toe: niets doen (na deze blog typen dan, hahaha). Vuurtje here I come.
xx

-
Hoe wordt boter gemaakt?

Ik wil graag begrijpen hoe dingen gemaakt worden en in elkaar zitten. In het kader van zelfvoorzienendheid, maar ook om gezonde keuzes te maken. Want wat neem ik liever: yoghurt, of melk? Halfvol of vol? Houdbaar of rauw? Crème fraîche of slagroom? Jonge kaas of oude kaas? Weet jij hoe het zit?
De info die hier volgt is van een paar dagen een beetje inlezen en filmpjes kijken, dus realiseer je dat dit oppervlakkig is. Ik begrijp het ook nog niet helemaal, en ik ga het vast met de tijd aanvullen of verbeteren. Laat vooral weten als je verbeteringen ziet of toevoegingen hebt!
De basics
Allereerst: je hebt rauwe melk, gepasteuriseerde melk, en gesteriliseerde melk. De eerste komt direct van de koe zonder enige bewerking. De tweede, gepasteuriseerde melk, is de verse melk die je in de supermarkt in de koeling vindt. Dit is rauwe melk verhit tot 72 graden zodat een deel van de bacteriën gedood wordt. Gesteriliseerde melk is verhit boven de 100 graden en daarom zijn er nog veel meer bacteriën gedood en is de melk veel langer houdbaar. Dit is dan ook de houdbare melk in de gewone schappen.Fermenteren in het zeer kort
Bronnen zeggen: bij het doden van slechte bacteriën, vermoord je ook de goede. Sommigen drinken daarom rauwe melk, maar niet iedereen is hier enthousiast over. Een alternatief is dan de melk fermenteren. Fermenteren kun je doen met bacteriën, gisten, of schimmels. Deze zetten bepaalde onderdelen van het voedingsmiddel om in andere stoffen, haha. Ik snap nog niet zo heel goed wat fermenteren nou écht is.Bij melk gebruik je in ieder geval melkzuurbacteriën, en afhankelijk van welke bacteriecultuur je gebruikt krijg je karnemelk, kefir, yoghurt, of andere gefermenteerde melkproducten. Keuringsdienst van Waarde zegt dit erover: “Ze conserveren de melk omdat deze bacteriën andere gevaarlijke bacteriën geen kans geven te groeien”.
Grappig genoeg kun je dus ook gewoon yoghurt maken door een beetje yoghurt (waar de melkzuurbacteriën al inzitten) aan melk toe te voegen en dat op een warmere plek te laten staan. Die bacteriën zetten de melk dan weer om in yoghurt! Hoe dat precies moet, moet je maar even zelf opzoeken, ik ben hier vooral voor de achtergrondkennis 😉 Maar hetzelfde geldt voor kefir en karnemelk.
Homogeniseren
Dan heb je ook nog het homogeniseren van melk. Het ‘homogeen maken’, oftewel, dat het een mooie egale vloeistof wordt. Als je rauwe melk laat staan, drijft het vet naar boven en krijg je er een roomlaag op. Die room wordt gebruikt voor het maken van alle roomsoorten (zure room, crème fraîche, slagroom, kookroom, etc) en boter. Ook bij gepasteuriseerde en gesteriliseerde melk zou het vet naar boven drijven als het niet werd gehomogeniseerd. De melk wordt dan door een zeef geperst waardoor de vetdeeltjes verkleind worden en zich verspreiden over de vloeistof in plaats van naar boven te drijven. Biodynamische melk (demeter keurmerk) homogeniseert de melk niet, je kunt dan gewoon even schudden voor gebruik.Als je dus zelf boter of crème fraîche wilt maken, kun je het beste rauwe melk kopen, omdat deze niet gehomogeniseerd is. Je krijgt dan vanzelf een roomlaag die je eraf kunt scheppen en verder kunt verwerken. Je kunt ook gewoon direct room kopen, zoals slagroom.
Boter maken
Ik vind deze filmpjes (er is ook een deel 2) heel leerzaam over het proces van melk & kaas maken. Hier doet een Nederlands koppel dat in Zweden woont het op kleine schaal, waardoor je goed kan volgen wat er precies gebeurt. Ik probeer het hier stap voor stap uiteen te zetten:- De rauwe melk (dus direct van de koe zonder bewerking) heeft in hun filmpje iets minder dan 48 uur gestaan en daarmee is er een roomlaag bovenop gekomen. Deze scheppen ze eraf, dat heet afromen.
Het vetpercentage van de room die naar bovendrijft kan verschillen. Vaak in de winter is het vetpercentage lager (omdat de koeien andere voeding eten).
Online lees ik dat de meeste boeren aangeven een vetpercentage van 35% te hebben voor hun room. Je mag dit slagroom noemen als het minimaal 30% vet bevat. Door dit hoge vetgehalte is het goed opklopbaar, vandaar de naam. Hoe hoger het vetpercentage, hoe minder het ook gaat schiften bij verhitting. Slagroom kan dus ook als kookroom worden gebruikt, als je het maar niet tot 100 graden laat komen (liefst max 85).
Even een snelle blik op websites van supermarkten en ik zie dat de verse slagroom daar gepasteuriseerd is. We weten inmiddels wat dat is!- De afgeschepte room doen ze in een dichte beker en schudden ze zo’n 10 tot 15 minuten met de hand, maar dit kan ook met een klopper. Het wordt dan vanzelf boter! Dit heet karnen.
In fabrieken wordt de melk vóór het karnen gepasteuriseerd of gesteriliseerd en worden aan het eind nog melkzuurbacteriën toegevoegd voor een rijkere smaak. ‘Thuis’ kan je de rauwe room eerst laten verzuren door het even te laten staan, hoeft niet per se.
Gepasteuriseerde melk moet je niet buiten de koelkast laten staan, dat wordt goor. Rauwe melk kan wel, dan ontstaat er fermentatie.- Er ontstaan boterklontjes en een vloeistof. Die vloeistof heet botermelk, wat je ook kunt drinken. Dit werd vroeger ook wel karnemelk genoemd. Inmiddels is alleen biodynamische karnemelk nog op deze manier bereid of waar melk op de boerderij zelf verwerkt wordt. ‘Reguliere’ karnemelk wordt tegenwoordig gemaakt door melkzuurbacteriën aan melk toe te voegen zoals hierboven beschreven.
- De overgebleven boter moet dan goed gewassen worden in water, omdat de melk het kan laten rotten. Zonder die melk blijft het best lang houdbaar.
- Boter wordt vanzelf geel tijdens het maken. Als het wit is, is volgens Google de koe niet buiten geweest. Zal aan de voeding liggen, gok ik.
Kaas maken
In datzelfde filmpje maakt het koppel ook kaas.- De afgeroomde melk wordt in een grote pan gegoten en verhit tot 30 – 33 graden
- Er wordt dan een klein beetje stremsel bij gegoten.
Stremsel is een extern product dat ervoor zorgt dat de melk verdikt. Stremsel wordt gewonnen uit de magen van kalveren uit de kalverslachterij. Er is ook plantaardig stremsel, mijn ervaring is dat kazen uit de biowinkel vaak plantaardig stremsel hebben. Je kunt dit achterop de verpakking lezen. - De melk verdikt daardoor en wordt dan heel veel keren met een mes doorgesneden zodat er kleine blokjes ontstaan. Er komt dan een vocht vrij dat naar boven drijft, dit heet wei. De dikkere blokjes heet wrongel.
- Een deel van de wei wordt verwijderd, er wordt wat heet water toegevoegd voor betere hechting, en daarna wordt alle vloeistof afgegoten
- De mozzarella/wrongel gaat dan in een kaaspers: een doosje met kleine gaatjes waarmee het vocht uit de kaas wordt geperst. De kaas wordt meerdere keren omgekeerd en weer geperst, gedurende een aantal uren.
- Na een nachtje rust laat hij de kaas in pekel (gewoon water met zout) voor nog tien uur, om de resterende wei eruit te ontrekken en de kaas te zouten
- Hij droogt de kaas dan en doet er nog een laagje paraffine overheen om de kaas te beschermen, anders is hij wat vatbaarder voor schimmels
- Na ongeveer veertien dagen op de plank is hij pas hard, na het sealen kun je hem ongeveer een jaar bewaren!
- Wist je dat het basisingrediënt van Rivella de bovengenoemde wei is?
Magere, halfvolle en volle melk
Volgens hEt iNteRnEt wordt melk in de fabriek gecentrifugeerd waardoor het zwaardere vet (de room) naar het midden gaat en weg kan worden gehaald. Dit wordt dan weer toegevoegd naar wens om magere, halfvolle, of volle melk te maken. dit heet het standaardiseren van melk, een soort ‘standaard’ vetgehalte garanderen.Mijn bronnen zijn niet erg betrouwbaar (random websites), maar men zegt dat ook bij volle melk (uit de supermarkt) éérst wordt afgeroomd en daarna weer toegevoegd. Volle melk bevat gemiddeld iets minder vet dan rauwe melk (3,5% versus 4%). Een andere bron zegt dat in de fabriek zelfs ook melksuikers en melkeiwitten worden verwijderd, terwijl bij boerenzuivel dit niet wordt gedaan (melk die direct bij de boer zelf wordt verwerkt).
Standaardiseren voorkomt dat je in de winter een minder vette melk hebt dan in de zomer, in verband met de wisselende voeding (hooi vs vers gras met kruiden). Er zijn gewoon vaste percentages wettelijk vastgesteld voor magere (0,5%), halfvolle (1,5%) en volle melk (3,5%).
Samengevat
Rauwe melk wordt in fabrieken ontdaan van het vet (afromen), waarna gelang het magere, halfvolle, of volle melk moet worden weer een hoeveelheid vet wordt toegevoegd (standaardiseren). Daarna wordt de melk verhit om bacteriën te verwijderen zodat het langer houdbaar is (pasteuriseren of steriliseren). Ten slotte wordt het door een zeef geperst zodat het vet goed mengt met de vloeistof en niet meer naar boven komt drijven (homogeniseren).Van het vet dat is afgeroomd (room) kan boter worden gemaakt. Dit wordt gedaan door het geheel hard te kloppen waardoor het vet zich van de vloeistof scheidt (karnen). Daarna wordt de vloeistof, de karnemelk (maar niet zoals we die nu kennen) afgegoten en de boter met koud water gewassen. De hedendaagse karnemelk is melk, verzuurd met melkzuurbacteriën. Room heeft zo’n 35% vet, roomboter zo’n 80%.
Kaas wordt gemaakt van afgeroomde melk door er stremsel aan toe te voegen. Er onstaat dan een splitsing van vloeistof (wei) en vaste stof (wrongel). De wei wordt afgegoten (hier wordt bijvoorbeeld Rivella van gemaakt). De wrongel wordt in een kaaspers gedaan. Na het persen en drogen gaat dit in een pekelbad (water met zout) en vervolgens op de plank. Na minstens veertien dagen is het hard genoeg om als kaas gegeten te worden.
Als je zelf boter of kaas wilt maken kun je het beste rauwe melk gebruiken. Hier zitten nog de meeste voedingsstoffen in, en hier ontstaat vanzelf een roomlaag op die je eraf kunt halen en verwerken.
Doei!
Nou, zo is het wel even genoeg hè? Ik vind het in ieder geval fijn even te snappen wat de basis is. Waar bestaat melk allemaal uit, hoe wordt het allemaal verwerkt. In een volgende blog wil ik ingaan op de verschillende soorten room (zure room, crème fraîche, kookroom, slagroom), kazen (van brie tot oude kaas tot blauwe kaas tot weet ik ‘t), en het verschil tussen reguliere-, biologische-, biodynamische- en boerenzuivel. Hopelijk vond je ’t leerzaam!Liefs xx ❤
-
De laatste piek

Gr10 in de Pyreneeën dag 14-16
Na een heerlijke dag zonder wandelen en twee nachten in een bedje vertrokken we weer. We maakten de studio grondig schoon, want daar had de host in capslock op gehamerd “IK BEN ERG STRICT OP SCHOONMAKEN, GRAAG DE VLOER STOFZUIGEN EN WASSEN”. Beetje heftig vonden we dat en ook raar, je betaalt toch ook een beetje voor de schoonmaak? Maar het airbnb concept is natuurlijk ook wel het achterlaten hoe je het aantreft. Wat we ook raar vonden is dat je je eigen beddengoed mee moest nemen. Welke reiziger heeft dat nou bij zich?! We sliepen op onze slaapzakken en gebruikten de fleecedeken ter plaatse met daarover het dekbed. Wat niet weet dat niet deert.. hoop ik?
Na twee wandeldagen zouden Teds en mijn wegen zich scheiden. Dus boekten we nogmaals een airbnb om nog even een lekker maaltje te kunnen nemen en samen te chillen. Terwijl we naar adresjes zochten zagen we: letterlijk élke plek vereiste eigen bedlakens en grondige schoonmaak. We vonden het nogal aPART. In één van de beschrijvingen stond dat je bedlakens kon huren bij de plaatselijke VVV. Wij daarheen, nogal verrast dat het open was. Want wederom bevonden we ons in een ghost town. Alle winkels dicht op de supermarkt na, geen mens op straat. Tot het skiseizoen is iedereen in een herfstslaap. De VVV belde een adresje voor ons, wat bleek, het was €20. Vonden we te duur. Het waren eenmalige kosten, dus prima als je ergens een week slaapt maar voor twee nachten niet. Dus creëerden we weer ons eigen systeempje met sjaals en lakenzakken en slaapzakken. Ik werd tien keer wakker ’s nachts met een ‘shit ik lig op de matrashoes’! Ik ben dan altijd bang dat mensen dan heel boos op me worden ofzo, haha.

De ghost town van de eerste airbnb Na die eerste airbnb was de wandeling echt een groot genot. De dag ervoor hadden we gelift naar het naastliggende dorp voor boodschappen, onze wandelroute zou er ook heen leiden. Dus we hadden het zó gepland dat we weinig hoefden te sjouwen en dan gewoon opnieuw daar boodschappen zouden doen. Na drie uur lopen stonden we bij een kasteel met uitzicht over het dorp. We zagen de supermarkt van bovenaf met nul auto’s op de parkeerplaats. Het was zondag, de supermarkt was maar tot 13u open geweest en het was nu een half uur later dan dat. Wat shit!! We wilden inslaan voor een paar dagen en hadden bedacht dat we lekkere lunchdingen zouden kopen. Zouden we dan maar hier al de tent opzetten en dan morgen alsnog boodschappen doen? Maar van alle vier de campings was er geen één open, en wildkamperen in de bewoonde wereld is ongemakkelijk.
We gingen onze voorraad na, wat hebben we nog en hoelang kunnen we daarmee doen? Hoe langer we nadachten hoe meer we beseften dat we al vet veel eten hadden. Gedroogde aardappelpuree, rode linzen, gedroogde worst, pruimen, rijstewafels, makreel in blik, een ui, melkpoeder, bananen. We kwamen echt niets tekort en konden er zo nog drie dagen mee door haha. Dus doorkruisten we het dorp en begonnen aan de volgende helling.

Het pad was het prachtigste tot nu toe. Door de halfkale bomen hielden we steeds uitzicht op een waanzinnige bergkam en een klein voetpaadje leidde ons door bossen, bergdorpjes en knusse weilandjes met schapen. De bossen waren niet te doen zo oranje en terwijl we naar Teds audioboek over een monnik in de middeleeuwen (Pillars of the Earth) luisterden stegen we gestaag. Het begon al laat te worden, maar echt een goeie kampeerplek kwam er niet. Steeds waren er weer boerderijtjes of dorpen, of was de grond te schuin of te begroeid.
In de schemer besloten we: we móeten nu echt een plek vinden. We kwamen bij een soort verlaten stal waar een auto in geparkeerd stond en vonden het nogal creepy allemaal. Dus weken we af naar een open veld waar in grote rode letters op het hek stond: PRIVÉ, VERBODEN TOEGANG. Het was onze enige optie, en we vonden een soort semi goed plekje aan de rand van het weiland met uitzicht op het huis dat erbij hoorde. Terwijl we de tent opzetten beseften we hoe schuin de grond was en bereidden we ons voor op een horrornacht, haha! Ik lag steeds halverwege mijn matje half over Ted heen, maar we hadden beiden opzich prima geslapen. Niemand kwam ons lastigvallen. Chill!

De laatste klim (voor mij) van nog 1000 meter moesten we de volgende dag afklappen. Mijn benen voelde slap en ik had de hele tijd zin om op de grond te liggen, maar alle liedjes die Ted en ik elkaar hadden geleerd de afgelopen tijd sleepten me er doorheen. We kwamen weer door een verlaten skiresort, heel bizar. Alsof er oorlog gaande was en abrupt alles in de steek gelaten. De skiliften op stil, de terrassen van restaurants leeg. We zagen voor ons hoe in een paar maanden tijd alles bedekt zou zijn met sneeuw en rijkelui hier met hun zonnebrillen en après-ski-muziek biertjes aan het atten zouden zijn.
Op de top in de koude wind aten we aardappelpuree en daalden toen een heel geleidelijk pad af naar beneden. Weer door bizar mooi herfstbos. We dachten nog even vlak voor het dorp te kamperen, maar het werd de airbnb. Fijn.
Morgen pak ik de bus naar Lourdes, dan de nachttrein naar Parijs. Vanaf daar een Flixbusje naar Utrecht. In totaal ben ik dan ruim een dag onderweg, met het kostenplaatje: €60 in totaal!! Bizar! Dat geeft zo’n goed gevoel. Ik vond de heenreis best wel terror, dacht dat vliegen het makkelijk zou maken maar vond het vooral gedoe. Trein, shuttle, ruim van tevoren inchecken, wachten op het vliegtuig, etc. Uiteindelijk was ik iets van €150 kwijt in totaal, en iets van 12 uur onderweg. Nu heb ik in de trein een bedje, nog nooit gedaan, ben benieuwd. Ted loopt nog een paar dagen door en vertrekt dan richting Schotlandje. We zien elkaar daar weer hopelijk in december.
Nou, nu ga ik nog even keihard chillen met m’n liefie, doei!! Xx

-
Twee weken terror

Het sneeuwt er nu en het weerbericht waarschuwt voor overstromingen. Daar kom ik dan aan, met mijn regenjas die na een klein buitje al doorweekt is. Maar, overdag kan het dan ook opeens weer zo heet zijn dat je in je hempje en korte broek wil lopen. Nou, pak daar maar eens een lichte backpack op. Onmogelijk.
Door de Franse Pyreneeën loopt de lange-afstandswandeling genaamd GR10. Deze loopt van West naar Oost, zo’n beetje parallel aan de grens met Spanje. Ted loopt deze route, andersom weliswaar, en ik sluit twee weekjes aan. Normaal ben ik niet zo van het ‘even twee weken op vakantie’, maar dat deze gelegenheid zich voordeed vind ik ook juist wel weer leuk. Anders had ik nooit zo’n avontuur op de planning gehad de komende week, net nu ik anderhalve maand terug ben uit Schotland. Ted is Schots, dus een extra reden om hem op te zoeken waar hij zich ook bevindt. Ik kan niet wachten hem weer te zien!
Ik ben ontzettend zenuwachtig. Ted is sterk, heeft er al vier weken hiken op zitten en zeult een zware tas mee met een glazen pot kokosolie, een 500 gram gasblikje, zijn dikke donzen winterjas en nog meer van dat soort dingen. Hij eet graag roomboter, dadels, linzen, rijst; van die gedroogde maaltijden zijn niet aan hem besteed. Hoe zwaar zal zijn tas wel niet zijn, misschien wel meer dan 20 kilo? Het boeit hem niet en hij gaat gestaag door. Hoe kan ik daar ooit aan tippen met mijn zwakke lichaam? 😛 Gelukkig ben ik wel net ongesteld geweest, dus gaat mijn energie de goede kant op. Ik zit alleen ontzettend te wikken en wegen over wat ik meeneem, want ik wil wél een lichte tas.
Omdat ik nu een beetje de dagen uitzit tot ik weg mag (zondag) ga ik straks alvast kamperen met mijn tarp en bivvy bag op een terreintje waar Zora ook staat. Die bivvy neem ik sowieso mee, dat is een fijne extra laag om je slaapzak voor koude nachten. De tarp laat ik dan bij mijn broer liggen, ofzo, voordat ik de trein pak. De trein naar Brussel, het vliegtuig naar Toulouse, en dan nog wat treinen, bussen, liften, en hiken. Geen idee waar ik Ted ga ontmoeten, waarschijnlijk ergens in de middle of nowhere. Het wordt een avontuur.
Vannacht kon ik niet slapen en ik irriteerde me kapot aan de vele overvliegende vliegtuigen hier. Normaal is de zolderkamer van mijn ouders doodstil, maar nu gaan ze maar door. Er schijnt een nieuwe vliegroute te komen en het klinkt alsof hij al gebruikt wordt. Mag je haten op vliegtuigen als je er zelf gebruik van maakt? Als ik een relatie met Ted wil onderhouden, zullen we beiden veel moeten reizen. Dan ga je niet dertig uur in een Flixbus zitten waar je zestig jaar van bij moet komen. Of wel, misschien. De treinen naar Frankrijk en de VK zijn hondsduur (honderden euro’s) terwijl een retourtje Glasgow met het vliegtuig 80 euro is. Gaat toch nergens over?!
De gemiddelde Nederlander vliegt 0,75 keer per jaar. Nou, daar zit ik dus al overheen. In maart vloog ik heen en weer naar Nederland voor de begrafenis van mijn oma en straks vlieg ik naar Toulouse. Ik bedacht me, misschien kan ik ook een soort half compromis maken. Ik vlieg steeds héén, zodat ik energie heb voor de activiteit die ik ga ondernemen, en neem dan een dure trein of goedkope terrorbus terug. Desnoods split ik de reis op en dat voelt dan ook wel weer idyllisch. Zoals vroeger, als je weken deed over met je paard van Zwolle naar Den Bosch reizen ofzo. Tussendoor in herbergen slapen. Alleen is dat met bussen en treinen wat lastiger, want die stoppen dan weer in de grote steden. Een herberg in Parijs? €€€€€€€€€€€€€€€
Gerelateerde vraagstukken: mag je haten op de vleesindustrie en zelf vlees eten? Mag je haten op kapitalisme en zelf spullen kopen? Mag je haten op ongelijkheid en zelf rijk zijn?
Nog voor de geïnteresseerden, mijn paklijst:
- merino legging, merino shirt, merino hempje
- wandelbroek, korte broek, regenbroek
- katoenen shirt, alpaca truitje, wollen trui
- regenjas, gaiters, grote sjaal, merino buff, handschoenen, polswarmers, pet
- bergschoenen & vibram fivefingers
- 5 onderbroeken, 3 paar wandelsokken, 1 paar nachtsokken
- zaklamp, powerbank, laders
- schriftje & pen, spelletje (prioriteiten haha), rugtasje
- pannetje, thermosfles, beker, lepel, mes, thee, aansteker, drinkfles
- slaapzak (comfort -12), matje (r4), bivvybag (alpkit XL)
- toiletgedoe
- vreten
xx ❤
-
Oktoberkalender download

Zoals beloofd, de vernieuwde oktoberkalender, ditmaal een digitale versie. Leuk om op de wc of op werk te hangen, cadeau te geven (uitgeprint en met een touwtje), als achtergrond in te stellen, of wat dan ook. Ben benieuwd hoe je hem gaat gebruiken! 🙂
Deel ‘m gerust met anderen! Hieronder de download in PNG en PDF.
Oktoberkalender in PDF (hoge kwaliteit)
Oktoberkalender in PNG (afbeelding, lagere kwaliteit)

Liefs,
Simone











